Eigenlijk ben ik verslaafd aan brood, maar ik geef er niet aan toe. Dus als ik brood eet, haal ik het of bij een goede (Franse) bakker of bak ik het zelf. Het recept voor Surinaamse witte puntjes kan je al een tijdje vinden op This Girl Can Cook, maar ik vond het hoog tijd voor een gezondere variant daarvan. Hieronder lees je hoe je ook Surinaamse bruine puntjes kan maken. Ze vullen goed en proeven licht zoet (zonder toegevoegde suikers!).
Er zijn al heel veel andere food bloggers die recepten voor brood hebben gedeeld. Een daarvan is dit recept voor bruine broodjes. Ik wist van tevoren niet of ik er ook Surinaamse bruine puntjes van kon maken, maar dat bleek heel goed mogelijk! Ik heb wel een aanpassing gedaan in het recept, omdat ik geen tarwebloem, maar tarwemeel in huis had en wel speltbloem, maar geen speltmeel.
Mocht je je afvragen wat het verschil is tussen de twee: bloem bevat alleen de binnenkant van een graankorrel en (volkoren) meel bevat ook nog zemelen en kiemen en vult daardoor dus beter. Wil je er meer over weten, klik dan hier. Mocht je geen speltbloem en/of -meel in huis hebben, dan denk ik dat je de Surinaamse bruine puntjes ook kan maken met alleen tarwebloem en -meel. Ze maken met alleen volkoren meel zou misschien kunnen, maar dan moet je wel meer water toevoegen, omdat meel meer vocht nodig heeft. Ik kan je daarvan alleen geen precieze hoeveelheden geven omdat ik het niet zelf heb geprobeerd. Wat ik wel heb geprobeerd, lees je hieronder!
Ingrediënten Surinaamse bruine puntjes:
- 250 gram speltbloem
- 250 gram volkoren tarwemeel
- 1 1/2 theelepel gist (2 1/4 theelepel gist is een pakje van 7 gram)
- 300 gram handwarm water
- 1 1/2 theelepel zout
- 20 gram zachte roomboter
Zo ga je te werk:
1: Meng in de kom van een keukenmachine bloem, meel en gist. Giet het water er bij en mix op de laagste stand door tot al het water is opgenomen. Als je geen keukenmachine hebt, kan je dit ook met een houten pollepel doen in een kom of met een handmixer met kneedhaken.
2: Verwijder de kneedhaak, dek de kom af met plastic folie of een vochtige theedoek en laat het deeg 20 minuten rusten.
3: Voeg na de rustperiode zout en boter toe en kneed het deeg net zo lang (ongeveer 8 minuten) tot het loskomt van de zijkanten van de kom.
4: Smeer een andere kom in met een beetje (olijf)olie.
5: Plaats het deeg in de kom en draai het rond zodat alle kanten met olie zijn bedekt.
6: Dek de kom af met plastic folie of een vochtige theedoek en laat het zo lang rijzen tot het twee keer zo groot is (ongeveer 45-60 minuten).
7: Strooi wat bloem op je aanrecht (ik leg altijd een stuk herbruikbaar bakpapier neer op mijn aanrecht) en druk daarop voorzichtig de lucht uit het deeg.
8: Verdeel het deeg in 8-12 gelijke stukken. Ik had er 12 van gemaakt, maar vond dat best kleine puntjes, dus als je ze iets groter wil, zou ik 8 of 10 aanhouden.
9: Rol elk stuk deeg uit tot een puntje (check hier hoe je dat mooi kan doen) en leg ze met genoeg ruimte ertussen op een met bakpapier bekleed bakblik.
10: Dek de puntjes af met (met olie ingesmeerd) plastic folie en laat ze 30 minuten rijzen.
11: Bestrooi na de tweede rijs de puntjes met wat bloem en maak in het midden met een scherp mes een inkeping. Als je niet diep genoeg snijdt, verdwijnt je inkeping bij het bakken, maar als je te diep snijdt, krijg je een gek broodje. Dit kan dus best even oefenen zijn.
12: Laat de broodjes nog 10-15 minuten rijzen (afgedekt met een vochtige theedoek).
13: Verwarm ondertussen de oven voor op 240 graden waarin je helemaal onderaan een vuurvaste schaal hebt geplaatst. Wanneer de oven is voorverwarmd, giet je in die schaal een laagje water en schuif je de broodjes de oven in (in het midden). Door de stoom die ontstaat, worden de broodjes extra knapperig.
14: Bak de broodjes af tot ze mooi lichtbruin en knapperig zijn. In het oorspronkelijke recept stond 12 minuten, maar bij mij duurde het 22 minuten. Hou dus 12 minuten aan, maar check dan of ze wel echt klaar zijn of nog langer moeten bakken.
15: Laat de broodjes een beetje afkoelen, zodat ze makkelijker te snijden zijn. Als je ze meteen opeet, zijn ze heerlijk knapperig. De volgende dag worden ze wat zachter, maar kan je ze zo weer oppiepen in de oven om ze weer knapperig te krijgen.
Bewaard in een diepvrieszak of papieren broodzak in de koelkast blijven de Surinaamse bruine puntjes een dag of vier goed.
Beleg met lekkers naar keus zoals madame Jeanette pindakaas, home made Nutella of bakkeljauw.
Nyan switi!
RECEPT: Surinaamse bruine puntjes
Ingrediënten
- 250 gram speltbloem
- 250 gram volkoren tarwemeel
- 1,5 theelepel gist - 2 1/4 theelepel gist is een pakje van 7 gram
- 300 gram handwarm water
- 1,5 theelepel zout
- 20 gram zachte roomboter
Instructies
- Meng in de kom van een keukenmachine bloem, meel en gist. Giet het water er bij en mix op de laagste stand door tot al het water is opgenomen. Als je geen keukenmachine hebt, kan je dit ook met een houten pollepel doen in een kom of met een handmixer met kneedhaken.
- Verwijder de kneedhaak, dek de kom af met plastic folie of een vochtige theedoek en laat het deeg 20 minuten rusten.
- Voeg na de rustperiode zout en boter toe en kneed het deeg net zo lang (ongeveer 8 minuten) tot het loskomt van de zijkanten van de kom.
- Smeer een andere kom in met een beetje (olijf)olie.
- Plaats het deeg in de kom en draai het rond zodat alle kanten met olie zijn bedekt.
- Dek de kom af met plastic folie of een vochtige theedoek en laat het zo lang rijzen tot het twee keer zo groot is (ongeveer 45-60 minuten).
- Strooi wat bloem op je aanrecht (ik leg altijd een stuk herbruikbaar bakpapier neer op mijn aanrecht) en druk daarop voorzichtig de lucht uit het deeg.
- Verdeel het deeg in 8-12 gelijke stukken. Ik had er 12 van gemaakt, maar vond dat best kleine puntjes, dus als je ze iets groter wil, zou ik 8 of 10 aanhouden.
- Rol elk stuk deeg uit tot een puntje en leg ze met genoeg ruimte ertussen op een met bakpapier bekleed bakblik.
- Dek de puntjes af met (met olie ingesmeerd) plastic folie en laat ze 30 minuten rijzen.
- Bestrooi na de tweede rijs de puntjes met wat bloem en maak in het midden met een scherp mes een inkeping. Als je niet diep genoeg snijdt, verdwijnt je inkeping bij het bakken, maar als je te diep snijdt, krijg je een gek broodje. Dit kan dus best even oefenen zijn.
- Laat de broodjes nog 10-15 minuten rijzen (afgedekt met een vochtige theedoek).
- Verwarm ondertussen de oven voor op 240 graden waarin je helemaal onderaan een vuurvaste schaal hebt geplaatst. Wanneer de oven is voorverwarmd, giet je in die schaal een laagje water en schuif je de broodjes de oven in (in het midden). Door de stoom die ontstaat, worden de broodjes extra knapperig.
- Bak de broodjes af tot ze mooi lichtbruin en knapperig zijn. In het oorspronkelijke recept stond 12 minuten, maar bij mij duurde het 22 minuten. Hou dus 12 minuten aan, maar check dan of ze wel echt klaar zijn of nog langer moeten bakken.
- Laat de broodjes een beetje afkoelen, zodat ze makkelijker te snijden zijn. Als je ze meteen opeet, zijn ze heerlijk knapperig. De volgende dag worden ze wat zachter, maar kan je ze zo weer oppiepen in de oven om ze weer knapperig te krijgen.
No Replies to "RECEPT: Surinaamse bruine puntjes"